Zorgzame buurten; model voor de zorg van de toekomst

Liesbeth De Donder is professor Agogische Wetenschappen aan de Vrije Universiteit Brussel. Samen met haar team doet ze onderzoek naar sociale inclusie van ouderen. ZorgSaamWonen sprak met haar over Zorgzame Buurten in Vlaanderen en Brussel.
Overheidssteun voor zorgzame buurten
Op 1 maart 2022 zijn in Vlaanderen en Brussel 133 projecten gestart onder de noemer Zorgzame Buurten. De projecten gaan gedurende 2 jaar aan de slag met ondersteuning en inspiratie vanuit de Vlaamse overheid. Doel is om buurten te creëren waar jong en oud samenleven, waar mensen zich goed en geborgen voelen, waar levenskwaliteit centraal staat, waar bewoners elkaar kennen en helpen, waar personen en gezinnen met grote en kleine ondersteuningsnoden ondersteuning krijgen en waar diensten en voorzieningen toegankelijk en beschikbaar zijn.
Actief Zorgzame buurt
Liesbeth De Donder is al jaren betrokken bij de ontwikkeling van Zorgzame Buurten. Het is een benaming die veel weerklank vindt. ‘In 2010 begonnen er zes zorgproeftuinen op verschillende plekken in Vlaanderen en Brussel. In Antwerpen en Brussel is toen de term Actief Zorgzame Buurt ontstaan. Het toenmalige Kenniscentrum Woonzorg Brussel, inmiddels Kenniscentrum WWZ, heeft de bevindingen vastgelegd in de publicatie Bouwen aan een Actief Zorgzame Buurt (2017). Centraal stond het begrip Buurtgerichte zorg. Een model om de kwaliteit van leven te verhogen en de organisatie van zorg en ondersteuning beter aan te laten sluiten bij ouderen en mensen die zorg nodig hadden. Het ging om samenhangende en buurtgerichte aanpak van wonen, zorg en welzijn.’
Brede buurtgerichte aanpak
Hoe belangrijk de buurt is, kwam al eerder naar voren in onderzoek van de Belgian Ageing Studies aan de Vrije Universiteit Brussel, met onderzoeksleiders Dominique Verté en Nico De Witte in 2007. Liesbeth was één van de onderzoekers. ‘We deden veel onderzoek voor provincies en gemeenten naar de noden en behoeften van ouderen. We gingen met ouderen zelf om de tafel zitten. De provinciale en gemeentelijke instanties dachten dat het vooral over zorg moest gaan. Maar als je met ouderen gaat praten dan gaat het over veel meer. Over vrijwilligerswerk, over verenigingsleven, over de kwaliteit van de huisvesting, over eenzaamheid, sociale contacten, de vuilzakken ophalen, cultuur. Het eerste belangrijke inzicht was dat we breed moeten kijken. Zorg is meer dan de medische, fysieke zorg. Wonen, welzijn en zorg horen echt samen. Het tweede inzicht gaat over de buurt. Om ouderenbeleidsplannen te maken wilden naar een gestandaardiseerde manier van werken. We hebben 300 gemeenten in Vlaanderen. Als we een presentatie maakten over gemeente Y dan dachten we dat het bij de volgende gemeente wel hetzelfde zijn. Niets was minder waar. Eenzaamheidscijfers bijvoorbeeld variëren enorm van gemeente tot gemeente. We leerden dus dat we echt per gemeente en zelfs per buurt moeten kijken wat er nodig is. Dit zijn de twee bouwstenen geweest waarmee we verder zijn gegaan bij de ontwikkeling van zorgzame buurten.’
Lokaal samenwerken
Een volgende grote boost kwam in 2018 van de Koning Boudewijnstichting. Vanuit het Fonds Dr. Daniël de Coninck werden 35 projecten ondersteund om via uiteenlopende benaderingen te bouwen aan een zorgzame buurt. Met haar onderzoeksteam ging Liesbeth na wat de meerwaarde is van de 35 projecten. De resultaten verzamelde ze in de publicatie Lokaal Samenwerken in Zorgzame Buurten (2021). Eén van de conclusies was dat de samenwerking tussen zorgpartijen erg moeilijk blijft. Maar dat nam niet weg dat het concept Zorgzame Buurt enorm aansloeg aan; iedereen wilde een zorgzame buurt zijn. Voor toenmalige minister Beke van de Vlaamse Overheid (hij trad af in mei 2022) reden om te starten met een groot tweejarig programma voor in eerste instantie 100 zorgzame Buurten en uiteindelijk 133, omdat er zoveel enthousiasme was voor deelname. De projecten krijgen 100.00 euro als bijdrage voor twee jaar en zorgen zelf voor de cofinanciering van de andere 100.000 euro. Naast geld krijgen de projecten coaching en ondersteuning en wordt kennis over de aanpak gedeeld gedurende het project. Ook worden de projecten vanuit de wetenschap gevolgd en geëvalueerd.
Model voor de toekomst
‘Zorgzame Buurten wordt gezien als een model voor de zorg voor de toekomst’, zegt Liesbeth. ‘Het brengt mensen in beweging. Een zorgzame buurt daar willen we aan meewerken. Het mobiliserend potentieel is enorm. Het gaat om een brede benadering van zorg. Denk niet alleen aan de klassieke zorg zoals de huisarts en de wijkverpleging maar ook aan welzijnsorganisaties die een rol hebben te spelen, het belang van activiteiten, van participatie.’ Toch ziet Liesbeth ook een risico. ‘Het concept Zorgzame Buurt mag niet blijven hangen in ‘zorgzame buren’. Het is niet louter het doel dat buren elkaar gaan helpen in een zorgzame buurt. Het mag niet de caritas-oplossing worden voor het structurele tekort in de zorg. Voor mij gaat het vooral om zorgorganisaties die elk met hun eigen aanbod, op buurtniveau gaan samenwerken. We merken dat het verbinden van buren en buurtgenoten heel goed gaat. Zoals collega Leen Heylen dat noemt, ‘het kleine helpen’; boodschappen doen, een lamp vervangen, een gesprekje, komt goed van de grond. Maar ook de zorgorganisaties, de welzijnspartijen en de huisvestingspartijen moeten zich verbinden. Iedereen blijft nog te vaak op zijn eigen eilandje en daar moeten we wel vanaf. Een zorgzame buurt biedt geïntegreerde zorg, welzijn en huisvesting op buurtniveau.’
Signaleren van behoeften én talenten
Een Zorgzame Buurt richt zich niet specifiek op ouderen maar heeft er wel aandacht voor. Veel projecten richten zich op Ageing in Place: ouderen zo lang mogelijk thuis laten wonen. ‘We proberen het te verruimen naar Ageing well in the right place’, vertelt Liesbeth. ‘Het hoeft niet per se het huis te zijn waar ouderen al wonen. Levenskwaliteit is een belangrijk insteek. Als ouderen dan toch verhuizen, wat is dan die right place? Het betekent ook dat er aandacht moet zijn voor de zwaardere problemen: ziekte, sterven, rouw horen daar ook bij volgens Liesbeth. Ze verwijst naar projecten in UK, Australië, Canada, maar ook in Brugge met Compassionate Neighbourhoods waar vrijwilligers juist op die aspecten ouderen ondersteunen.
Liesbeth ziet dat in de Zorgzame Buurten detectie, het signaleren van wat mensen nodig hebben, goed is ingevuld. ‘Het gesprek over wat er speelt in de buurt, waar problemen zijn, hoe het met mensen persoonlijk is, wordt goed gevoerd. Maar naast problemen kun je ook dromen en talententen van buurtbewoners detecteren. Dat moeten we er soms wel bij vertellen. Als je ook naar talenten kijkt, kom je ook sneller bij wat mensen bij kunnen dragen. Is er meer sprake van wederkerigheid. Iemand die eenzaam is, kun je niet alleen zien als ‘iemand die een bezoekje nodig heeft’, maar kun je ook vragen bij iemand op bezoek te gaan en daarmee van betekenis zijn voor een ander.’
Hoe verder na twee jaar
De 133 projecten zijn vol enthousiasme van start gegaan. In het najaar van 2022 vindt de eerste evaluatie plaats. Liesbeth hoopt dat door deze projecten de olievlek nog veel groter wordt. ‘Deze aanpak moet echt leiden naar een structurele verandering. Het systeem moet anders. De samenwerking op buurtniveau tussen zorgpartijen onderling en met bewoners en vrijwilligers moet verankerd worden. Misschien willen we het uiteindelijk wel wettelijk regelen als we zien hoeveel buurtgericht samenwerken oplevert.’
Lees de publicatie Lokaal samenwerken in Zorgzame Buurten (2021)
Lees meer over de 133 Zorgzame Buurten
Reactie toevoegen